Voor Ecuador-reizigers is Baños de Agua Santa één van de meest favoriete bestemmingen geworden. Gelegen aan de voet van de Tungurahua-vulkaan, middenin een prachtige natuur en met verschillende vulkanische waterbronnen in de directe omgeving, is dit toeristisch stadje ideaal om te ontspannen. Maar Baños is tegenwoordig vooral bekend als ‘hoofdstad van het avontuur’ vanwege de vele outdoor-activiteiten die je hier kunt doen.
Hoewel het hier nooit echt druk is (behalve in de verlengde weekends met de feestdagen) is Baños inmiddels wel een typisch toeristenplaatsje. Er is een groot aanbod van hotelletjes, restaurantjes en een overvloed van toeristische bedrijfjes, waar je onder andere kano’s en fietsen kunt huren of begeleide excursies kunt boeken. Op straat hoor je bijna net zoveel Engels als Spaans en in plaats van lokale gastronomie zie je vooral internationale gerechten op de menukaarten van de talrijke eethuisjes. Ook de namen van bars en pensions zoals Los Americanos, The New Yorkers, Maple Inn, Red Roof Inn enzovoort, zijn illustratief voor de toenemende internationalisering van Baños.
Volgens cijfers van het Ecuadoriaans Ministerie van Toerisme reist slechts vijf procent van de toeristen in Baños naar de dorpjes in de omgeving zoals Píllaro, Tisaleo, Sucre, en Patate. Deze worden nauwelijks bezocht en zijn vrijwel onbekend bij de toeristen.
Dit is jammer, want deze authentieke dorpjes, verscholen in het groen, hebben stuk voor stuk hun aantrekkelijkheid en zijn een alternatief voor wie de platgetreden paden wil verlaten en op zoek is naar wat meer exotisme.
De natuur is hier minstens even mooi als in Baños en het toeristisch aanbod is gevarieerd: een sinds zeventien jaar actieve vulkaan, wandelroutes, prachtige vergezichten op het Andesgebergte, een uitgebreide flora en fauna, vlinders, zeldzame vogelsoorten... Hier vind je ook nog een overwegend indiaanse bevolking, warm en gastvrij en met een eigen, cultuur. Toeristische activiteiten (zoals paardrijden, wandelingen, fietstochten en deelname aan traditionele activiteiten zoals pottenbakken, weven, maar ook indiaanse vieringen) worden niet zelden door bewoners van deze dorpsgemeenschappen begeleid en zijn voor deze doorgaans arme bevolkingsgroep tevens een welkome bron van inkomsten.
Patate ligt op nauwelijks dertig minuten rijden van Baños (met de bus via Pelileo) en als je de gelegenheid hebt zou je er zeker een dagje voor moeten uittrekken om dit plaatsje te leren kennen. Omringd door bergen met op de achtergrond de 5.020 meter hoge Tungurahua-vulkaan die van hieruit relatief makkelijk, maar nooit geheel zonder risico te beklimmen is, ligt Patate beschut in een vallei en geniet daar van een opmerkelijk mild klimaat.
Van alle plaatsen in de omgeving staat dit dorpje voor mij met stip op nummer één. De lemen, wit geschilderde huisjes in het dorpscentrum rondom een park met verschillende soorten bloemen en bomen (netjes voorzien van een plaatje dat hun naam en herkomst vermeldt) geven Patate een pittoresk aanzien en het dorp straalt een rust en vrede uit die aan lang vervlogen tijden doet denken.
Zodra je in Patate aankomt, valt het aroma van fruit en bloemen op. De regio is het centrum van fruit- en bloementeelt in Ecuador en sinds Spaanse Jezuïeten in 1562 hier de eerste wijnstokken hebben geplant, heeft Patate uitgestrekte wijngaarden en wordt hier een zoete rode wijn geproduceerd.
Patate is een prima plek om uit te rusten of om te wandelen langs de oevers van het riviertje dat dezelfde naam draagt. Je komt dan langs oude haciendas waar perziken, avocado’s en mandarijnen worden geteeld. Voor wie meer uitdaging zoekt zijn er verschillende wandelroutes, waaronder een negen kilometer lange tocht naar de waterval Mundug of naar een uitkijkpost die (bij onbewolkt weer) een spectaculair uitzicht biedt op de vulkaan.
Als je liever een autotochtje maakt (in de laadbak van een truck die je voor een halve dollar meeneemt vanuit het dorpscentrum) kan je ook naar Sucre. Hier kun je een klein maar interessant museum bezoeken waar archeologische vondsten van de Panzalea- en Puruhácultuur tentoongesteld zijn. Daarnaast is er ook een origineel indiaans kerkhof en is dit hooggelegen dorpje een ideale plek om geweldige foto’s te maken van het indrukwekkende Andespanorama.
Mocht je toch nog meer avontuur verkiezen, dan zou je via Sucre verder kunnen reizen naar het nationaal natuurreservaat Los Llanganates. Dit mysterieuze, onherbergzame gebied met een wisselend, onvoorspelbaar en guur klimaat, omvat meer dan tweehonderdvijftig hectare en ligt op het grondgebied van Patate. Volgens de legende zou Atahualpa hier het goud hebben verborgen, opdat dit in de strijd met de Spaanse overheersers niet in hun handen zou vallen.
Maar kijk uit als je het Los Llanganates-natuurreservaat in gaat, want zoals dorpsbewoners in Patate mij vertelden zijn reeds verschillende reizigers op hun tocht verdwaald en door honger en koude omgekomen!
Over Luc
In een vorig leven was ik lange tijd in België en Nederland werkzaam als klinisch maatschappelijk werker en coach en Ecuador werd geleidelijk een favoriete reis- en vakantiebestemming.
Aangetrokken door een andere cultuur, het gehele jaar door warme klimaat, de fascinerende gevarieerdheid van landschappen en bevolkingsgroepen en de vriendelijkheid en gastvrijheid van de bevolking, besloot ik in 2012 de stap te zetten en met mijn gezin naar (Guayaquil) Ecuador te emigreren.
Ik werk hier parttime als leraar Engels/Frans en freelance vertaler. In mijn columns en op mijn blog schrijf ik over mijn ervaringen, over thema ‘s met betrekking tot het leven en wonen in Ecuador en geïnspireerd door het leven in Ecuador meer specifiek over persoonlijke groei.